DONGEN – Waterstof is de brandstof van de toekomst. Daarom wil ook de regio Midden-Brabant inspelen op kansen en mogelijkheden. Reden voor Midpoint Brabant voor een waterstofseminar. Woensdag 28 juni kwamen ondernemers, wethouders, provincie, EZK en onderzoekers bijeen om te spreken over de centrale vraag: wat ís waterstof nu eigenlijk en wat heeft het ons te bieden? Daarbij lijkt een sleutelrol weggelegd voor het nieuwe ondergrondse net van de Delta Rhine Corridor (DRC). En het blijkt: de toekomst van waterstof is in Brabant al láng begonnen.
Door: Han Verbeem
De DRC is een netwerk in aanleg met onder meer een ondergrondse buisleidingstraat – zo verduidelijkt Joost Ploos van Amstel, programmamanager duurzame economie bij Midpoint Brabant. Het gaat om zes buisleidingen, waarvan Hynetworkservices de buizen voor waterstof ontwikkelt. De overige verbindingen zijn onder andere voor het transport van CO2, ammoniak, lpg en propeen. Via Rotterdam komt het waterstofgas Nederland binnen en gaat het langs Moerdijk, Oosterhout, Tilburg, Boxtel richting de Duitse grens. Daar splitst de leiding zich, in noordelijke richting naar Venlo en zuidelijk naar Geleen.
Schone brandstof
Waterstofgas is als brandstof schoon, duurzaam en hernieuwbaar. Het gas ontbrandt met zuurstof tot water. “In de zuiverste vorm, vergelijkbaar met gedestilleerd water”, legt Frank Weltevrede uit. Hij is docent werktuigkundige installaties aan het ROC in Tilburg – waar de studenten al werken met waterstofbranders. “En de techniek breidt zich de komende jaren verder uit”, voorziet hij. Waterstof is niet nieuw, de eigenschappen zijn al honderden jaren bekend. Bijna tachtig jaar vóór Carl Benz de benzinemotor ontdekte, ontwierp François Isaac de Rivaz in 1807 al een op waterstof aangedreven voertuig. “We kennen de gebruiksmogelijkheden van waterstof al eeuwen en toch heeft de samenleving telkens weer gekozen voor fossiele brandstoffen”, merkt de Tilburgse docent op.
Innovaties
Dat heeft de innovaties door de jaren heen niet in de weg gestaan. Bijna een eeuw geleden is de eerste productiefaciliteit voor waterstof gebouwd, aangedreven door waterkracht. In de jaren dertig leek het een goedkoop alternatief voor luchtschepen. Maar de ramp met luchtschip en zeppelin Hindenburg maakte ook de risico’s duidelijk. “Praktisch gesproken is het een goede oplossing maar heeft het ook maatschappelijk draagvlak?”, klinkt het uit de zaal. Draagvlak ontstaat vooral door goede communicatie en duidelijke uitleg. Want waterstof is pas brandbaar als er zuurstof bij komt. Veiligheid staat altijd voorop.
Ballonnetjes
Weltevrede geeft de aanwezigen een demonstratie en laat eerst een met aardgas gevuld ballonnetje ontploffen. Op veilige afstand ontsteekt hij de vlam en met een lichte plof klapt de ballon uitéén. Dan herhaalt hij dezelfde proef met een waterstofballon van dezelfde grootte. Ditmaal klinkt een stevige klap. “Hierin merk je het krachtverschil”, legt hij uit. In tegenstelling tot aardgas levert waterstof geen CO2-uitstoot. Dat wil niet zeggen dat de totale footprint CO2-vrij is, want de waterstofproductie vindt nu veelal nog in het buitenland plaats, voor een belangrijk deel met aardgasgestookte installaties. Waterstof geproduceerd uit wind- of zonne-energie is vanzelfsprekend wel volledig groen en CO2-vrij.
Opleiding
Dan volgen de vragen uit de zaal. “Waarvoor kan waterstof worden ingezet?” Bijvoorbeeld bij de productie van stoom, legt de docent uit. Of als brandstof voor auto’s. “En wie gaan er mee werken?”, is de volgende vraag. “Dat zijn mbo’ers”, reageert Weltevrede. Bij ROC Tilburg kunnen studenten vanaf het komende jaar een keuzedeel waterstoftechnologie volgen: “Binnen niveau-4, service en onderhoud, bieden wij deze technieklessen overigens al aan.” Het gaat om een certificeerbaar keuzedeel, dat het ROC ook afzonderlijk aanbiedt. “Daarmee kunnen bedrijven hun personeel opleiden, als een stukje voorbereiding op de toekomst”, merkt hij op. Ondernemers die daarin belangstelling hebben kunnen hem per e-mail benaderen (fweltevrede@roctilburg.nl).
Bedrijfsleven
Kunststofproducent Roto-Art in Tilburg werkt al met waterstof, zegt ondernemer Cas Oerlemans. “Met de elektriciteit uit zonnepanelen maken we waterstof, dat we bijmengen in de ketel”, legt hij uit. ROC Tilburg heeft Roto-Art ondersteund bij de ombouw van het productieproces. Waar Oerlemans en ook andere ondernemers tegenaan lopen, is de achterhaalde regelgeving. “In de weekenden, buiten productietijden, kunnen we geen waterstof in tanks opslaan. Dat staat de wetgeving nog niet toe.”
Overheidstaak
Hier ligt een belangrijke opgave voor de landelijke maar óók voor de regionale en lokale overheden om snel te schaken en de regels aan te passen. Overigens zijn meerdere in de zaal aanwezige ondernemers van plan op korte termijn de stap naar waterstof te maken. Zo wil isolatieproducent Isover de productie van glaswol aanpassen en overweegt Taxi Korthout Midden-Brabant het autopark te vernieuwen met waterstoftaxi’s.
Interne logistiek
De combinatie transport en waterstof biedt al langer kansen, zeker bij de interne logistiek. De tweede spreker van het seminar, Willem Stehouwer van Toyota Material Handling, noemt de elektrificatie van heftrucks. “Een batterij is niet altijd handig”, zegt hij. “Zeker als je veel energie en spanning nodig hebt. Technisch kan alles, maar praktisch is een heel ander verhaal.” Daarom ziet hij ook mogelijkheden voor waterstofmotoren als alternatief. Zijn motto is: “Hou alle opties open en kies uit alle opties de beste!” Inmiddels werkt IKEA in Frankrijk al met heftrucks met waterstofmotoren.
Kolenkit
Professor Henk Akkermans, technisch bedrijfskundige van de Tilburg University, omschrijft de transitie in lyrische bewoordingen als ‘dansen met zon en wind’. De geboren Tilburger toont een foto uit zijn vroege jeugd, als kleuter naast een ouderwetse kolenkit, de langwerpige bak waarmee kolen in de kachels werden gegooid. “We hebben dit al eerder gedaan”, legt hij uit. “In de jaren zestig maakte Nederland de overstap van steenkool naar aardgas.”
Vroeger stond zo’n kolenkit in elk huis. Tegenwoordig weten jongere generaties niet meer waar deze voor gediend heeft.” En net als vijftig jaar geleden zorgt een crisis voor een stroomversnelling van de transitie. “Destijds was dat de oliecrisis met de autoloze zondagen. Nu is dat de Oekraïneoorlog”. Door de schaarste en prijsstijgingen wil ook Nederland zich in rap tempo onafhankelijk maken van het Russische gas. “Deze oorlog heeft meer gedaan voor de energietransitie dan tien overheidscampagnes”, merkt hij op.
WNL (Waterstofnetwerk Nederland)
Peter Hummel is business developer bij Hynetwork Services (een 100% dochter van Gasunie). Hij kent de ouderwetse kolenkit nog als paraplubak bij zijn grootouders, zegt hij lachend. Maar inderdaad, de waterstoftransitie is in volle gang en de vraag is niet óf eindgebruikers overschakelen, maar wanneer en hoe. Hynetwork Services (HNS) wil vóór 2030 het netwerk hebben uitgerold. “Dat kan met behoud van de bestaande infrastructuur”, legt hij de aanwezigen uit. In Zeeland is al gebleken dat delen van het bestaande aardgasnet ook te gebruiken zijn voor CO2-vrije waterstof.
Industriële clusters
Hummel is al tien jaar betrokken bij de inzet van nieuwe energiebronnen en sinds juni 2022 is hij gestationeerd bij HNS . Het HNS-net verbindt industriële clusters met elkaar. “Uiteindelijk zal de Delta Rhine Corridor onderdeel worden van het HSN-net”, voorspelt hij. Uiteraard zijn er nog praktische uitdagingen. “De druk is bij waterstof hoger dan bij aardgas.” Hoewel delen van de bestaande leidingen herbruikbaar zijn, is het van belang dat het totale net stabiel blijft. Uiteindelijk gaat het om een tracé van in totaal 1.200 kilometer.
Geen beperkingen
De eerste nieuwe waterstofleiding is inmiddels in aanleg. Daarbij kiest HNS ervoor, de kosten voor de aansluitingen over tientallen jaren te verdelen in de kostprijs, in plaats van deze één keer door te berekenen aan de eindgebruiker: “Dat is kostenvriendelijker.” Enkele aanwezigen vragen zich af of er technische beperkingen zijn aan hergebruik van leidingen in het net. Dat is niet het geval, legt Hummel uit. “In Zeeland zijn in 2018 al bestaande aardgasleidingen omgebouwd. Zónder compressors, die zijn voor eindgebruikers.”
Hybride toepassingen
Martijn Holt is consultant bij Stork Asset Management Technology. Hij legt uit dat er in Nederland al veel ervaring is met ketels en branders op waterstof. Stork is zelf volop bezig met het decarboniseren van productie-units, en het terugdringen van de CO2-uitstoot. Waterstof is een schoon en emissiearm alternatief. Toch hoeft volgens Holt het één het ander niet uit te sluiten: hybride werken met een combinatie van fossiele brandstoffen én watergas is goed mogelijk – al dan niet als overgangsfase. Stork ondersteunt ondernemers bij de overschakeling. Ook Stork is ervan overtuigd: waterstof is dé heavy duty-brandstof van de toekomst. “Treinen en boten op waterstof? Onze oosterburen zijn er al mee bezig”, aldus Martijn Holt. De tijd om te investeren is aangebroken; nog dit jaar moet de Europese waterstofbank een feit zijn, waar 400 miljard euro in omgaat.
Spelregels
Vanuit de gemeente Tilburg klinkt de vraag hoe het met de opslag zit vanuit hubs. En vervolgens het transport van daaruit. “Gasunie levert tot aan het dorp en van daaruit komt een fijnmazig netwerk, via bijvoorbeeld Enexis of Stedin.” Spelregels voor distributie zijn er nog niet. “Wat een slimme plek in de Corridor is? Dat weten we alleen als we de vraag goed in beeld hebben”, besluit Hummel.
- Bedrijven die interesse hebben in een (toekomstige) aansluiting op het waterstofnet kunnen zich melden bij Midpoint Brabant (frankdebruijn@midpointbrabant.nl).